plaatje
Stoomtram Egmond-Alkmaar 1905-1931 -- Materieel
Indexpagina
Stoomtram door de Beemster en de Schermer
Tramlijn door de Purmer en de Zuidpolder
Stoomtram door de Egmondermeer
Egmond aan Zee
Egmond aan den Hoef
Egmondermeer
Alkmaar
Materieel
De Bad-Bode
Zuiderkogge-tramlijn
De poldermolens van de Beemster
De opschepingen van de Beemster
Twintig overhalen in de Beemster?

De meeste foto's zijn aanklikbaar voor een vergroting. Links staan de historische foto's, rechts de actuele.

Highslide JS

De HSM stelde lokaalspoorlocomotieven uit haar "dierenserie" beschikbaar voor de tramlijn Egmond-Alkmaar-Bergen, tweeassige tenderlocomotieven van 22,5 ton, in 1887 gebouwd door A. Borsig Lokomotivbau AG te Berlijn-Tegel. Dit waren de 177 "Doffer", 178 "Ezel", 179 "Fret" en 181 "Haas".

Loc 181 "Haas" had diverse proefritten gereden maar zou de indienststelling van de lijn niet beleven. Op 20 juli 1905 was er tijdens de terugrit na de feestelijkheden een dodelijk ongeval bij het station van Egmond aan Zee: kwajongens hadden stenen tussen een wisseltong gelegd. Hierdoor ontspoorde en kantelde de locomotief "Haas" van de feesttram. De eerste dienstrit op 21 juli werd gereden door de HSM-loc 173 "Zwaluw", die daarvoor uit Hoorn geleend was.


Tot 1 oktober 1905 was er nog geen locomotiefdepot in Alkmaar en werden de beide dienstdoende locs 's nachts in Egmond gestald. Vanaf 21 juli 1905 waren de locomotieven 149 "Fret" en 181 "Haas" aan Egmond toegewezen. Een reservemachine was er niet, als de Egmondse machines hun koude dag hadden, leverde depot Hoorn de reserveloc. Eind augustus kwam loc 178 "Ezel" in Alkmaar als reservemachine in depot.

Highslide JS

De lokaalspoorlocs waren aangepast voor de tramdienst door het aanbrengen van een ejecteur met leiding voor vacuümrem benevens tram stoot- en trekwerk (bekerkoppeling) en stoomverwarmingskoppeling voor trammaterieel. Deze speciale tram-stoomkoppeling bestond uit een caoutchoucslang met twee bronzen aansluitstukken, die op de bij de vaste buffers eindigende stoomleidingen geschroefd werden.

In 1908/1909 werd de vaste tramkoppeling bij deze en nog drie extra locs vervangen door opklapbaar tram stoot- en trekwerk, er waren toen 9 HSM-machines geschikt voor tramdiensten rond Alkmaar en Den Haag.


Highslide JS

Vanaf 1913 kon de tramdienst Egmond-Alkmaar met haar lokaalspoormaterieel ook door een HSM-loc van de serie 1005-1048 (latere NS serie 7700) worden getrokken.

De NS, vanaf 1921 de opvolger van de HSM, zette vanaf 1922 tweeassige lokaalspoorlocs van de serie 6900 in, door Henschel gebouwd in 1884 en afkomstig van de SS. Op de foto zo'n 6900-loc rond 1925 op spoor 14 in Alkmaar.


Highslide JS

Vanaf 1932 werden de tweeassige locs definitief opgevolgd door NS-lokaalspoorlocs serie 7700, het drieassige "Bello"-type waarvan de tweede helft speciaal voor de Haarlemmermeerlijnen gebouwd was.
De 7700-serie was van 1905 tot 1914 gebouwd door achtereenvolgens de fabrieken Werkspoor, Henschel en Schwartzkopff.


Highslide JS

Voor de lijn Egmond-Alkmaar-Bergen werden ingezet 6 nieuwe Beijnes tramrijtuigen AB 66-71 (12 resp. 28 zitplaatsen in de 1e resp. 2e klasse, gewicht 11,2 ton, later NS BC 331-336) en 6 nieuwe Werkspoor versterkingsrijtuigen B 72-77 (40 zitplaatsen 2e klasse, gewicht 10,8 ton later NS C 331-336). Deze donkergroen gelakte rijtuigen met houten dwarsbanken, open balkons en smalle neerlaatbare ramen waren uitgerust met trammiddenbuffers en bekerkoppelingen.

De foto werd op 5 september 1948 in Alkmaar gemaakt. Toen had de wagon bij de NS al dienst gedaan als BC 331, en was nu als 3e klassewagon C 323 in gebruik.


De 2e en 3e klasse der hoofd- en lokaalspoorwegen stond gelijk met de 1e en 2e klasse der tramrijtuigen. De HSM besteedde veel zorg aan het interieur en het uiterlijk van haar tramrijtuigen.

Highslide JS De vaste zittingen der 1e klasse-afdelingen waren bekleed met rode pluche, voor vulling der zittingen en rugleuningen werd paardehaar gebruikt, de bekleding gecapitonneerd met ruitvormig aangebrachte noppen. De B-rijtuigen hadden djati-houten banken met latten zittingen.
De bak was opgebouwd uit djatihouten stijlen met gepolijste stalen paneelplaten, de daktogen waren van essenhout. De binnenbeschieting der 1e klasse, de tussenschotten en de deuren bestonden uit djatihouten schroten. Het zichtbare hout in de 1e klasse was gepolitoerd, in de 2e klasse afgeslepen en gelakt. Voor het eerst werden bij deze HSM-tramrijtuigen schuiframen toegepast. Beide klassen waren voorzien van blauwe gordijnen met ingeweven de initialen HSM. Boven de vensters waren bagagenetten aangebracht bestaande uit netwerk van gordijnkoord. De binnenvloeren waren grijs geschilderd, de bordesvloeren en treeplanken zwart. In de lichtkap waren mooie gekleurde draaibare ruitjes met de letters HSM aangebracht.

plaatje

De buitenbeschildering was bijzonder fraai. De bak was bronsgroen geschilderd met gouden opschriften, figuren, biezen en in Romeinse cijfers zonder schaduw de klasse-aanduiding I en II, het onderstel zwart. De balkonplaten waren ook zwart maar met rode biezen en in gouden blokletters daarop geschilderd HSM met daaronder het nummer van het rijtuig, eveneens in gouden blokcijfers. Op de deksels van de draagpotten prijkten ingegoten bebaarde mannenkoppen.


Highslide JS

In het voorjaar van 1916 werd de klasse-aanduiding I en II gewijzigd in II en III overeenkomstig die van de hoofd- en lokaalspoorwegen. Achter de merendeels dof geworden gouden klassecijfers werd een glimmende gouden I geplaatst!

Bij de Museumstoomtram Hoorn-Medemblik wachten drie rijtuigen van de lijn Alkmaar-Bergen op restauratie en hereniging met "Bello": de BC 87, de BC 423 en de BC 425. Omdat deze rijtuigen breder waren dan normale tramwagons, werden ze wel 'dikke rijtuigen' genoemd.


Highslide JS

Naar Egmond reden tevens drie nieuwe 5-tons Werkspoor bagagewagons D 64-66 mee. Zij hadden bordessen zonder dak en zonder handrem, maar wel gasverlichting.

De foto toont HSM-wagon D 64 op 30 december 1938 in Maarn, inmiddels omgenummerd naar NS D 308.


Highslide JS

Omdat de trams naar Bergen veel langer waren dan die naar Egmond, werd vanaf 1913 de dienstuitvoering voor beide lijnen gescheiden, en werd naar Egmond niet meer met tramrijtuigen, maar met lokaalspoorrijtuigen gereden. Dit waren twee-assige rijtuigen van de HSM-serie 1201-1217, met 32 zitplaatsen in de 2e klasse. Gebouwd 1912/1913 bij Eisenbahnbedarf, Düsseldorf en v.d. Zijpen, Keulen, totaalgewicht ruim 14½ ton.

Op de foto zo'n lokaalspoorrijtuig rond 1935 in NS-dienst met nummer B 1013.


Highslide JS

Toch nog een tramrijtuig in Egmond aan Zee, tijdens een proefrit rond 1920. De Bergense burgemeester Mr. H.D.A. van Reenen staat op het balkon van imperiaalrijtuig 11, gebouwd in 1888, en van 1916 tot 1926 actief in de toeristendienst tussen Alkmaar en Bergen aan Zee.
Beneden was de eerste klasse, en boven waren 34 tweede-klassezitplaatsen. In de ruiten is de weerspiegeling van het tolhuis te zien.


Highslide JS Vanaf de zomerdienst van 1933 reden om de exploitatietekorten te drukken naast de stoomtrams ook motortrams naar Egmond aan Zee. Dit waren benzinemotorrijtuigen van de NS-serie omC 911-916, in 1929 gebouwd door de firma Allan in Rotterdam. Ze hadden vanaf 1929 al dienst gedaan op de lokale lijnen rond Hoorn, alsmede op de hoofdlijn Zaandam-Enkhuizen. De rijtuigen waren geheel groen geschilderd, terwijl een rode streep boven een van de bufferbalken de voorzijde markeerde. Per 8 oktober 1933 werden alle diensten naar Egmond tussen 10:00 en 15:00 uur door motortrams gereden, daarbuiten was wel stoomtractie beschikbaar.

plaatje


Highslide JS

Een kijkje in het interieur van zo'n benzinemotorrijtuig omC 911-916. In het midden is de tot het dak reikende motorschacht te zien, met erop gemonteerd een noodstopschakelaar voor het stilzetten van de motor. De Büssing-motor was in het midden geplaatst, gedeeltelijk boven de vloer uitstekend, en vanwege het brandgevaar van benzine compleet afgeschermd met de schacht. Deze rijtuigen met 40 zit- en 22 staanplaatsen konden 64 passagiers vervoeren, als er meer reizigers waren werden er twee motorrijtuigen aan elkaar gekoppeld.

De motorrijtuigen verhuisden na 1934 naar de lijn Alphen aan den Rijn - Gouda, vervolgens enkele jaren later naar de Zuid-Bevelandse tramlijnen rond Goes, die speciaal voor motorwagens waren aangelegd. Na het opheffen daarvan in 1949, hield een drietal het als dienstwagen tot in de 1960-er jaren uit, en de 916 zelfs tot 1974. De omC's 911-916 werden alle gesloopt. De Stoomtrein Goes-Borsele werkt aan replica's.


Verder naar De Egmondsche Bad-Bode

Impressum
plaatje Klik hier voor de Indexpagina

© 2005-2014 Michiel Hooijberg