plaatje
De poldermolens van de Beemster -- Ontevredenheid
Indexpagina
Stoomtram door de Beemster en de Schermer
Tramlijn door de Purmer en de Zuidpolder
Stoomtram door de Egmondermeer
Zuiderkogge-tramlijn
De poldermolens van de Beemster
Opbouw
Locaties
Bedrijf
Ontevredenheid
Afbraak
Stoomgemalen
Verwijzingen
Jan van Egmond
De opschepingen van de Beemster
Twintig overhalen in de Beemster?

Purmerender Courant 17 nov. 1869: In de Beemster brandde in Julij j.l. van de 49 watermolens alle zonder bliksem-afleiders, (alzoo niet verzekerd noch gerassureerd) er slechts een af. Later werd de tweede getroffen! in de afgelopen week lag veel land evenals in 1867 blank, stroomende het water over de polderkade, maar bleef in de Beemster; men zegt dat al het materiaal voor een nieuwen molen klaar is maar op het afgebrande terrein dat zulk een uitmuntende standplaats voor een stoomgemaal zoude zijn, is nog niets van dat kostbare, en voor den hedendaagschen tijd onvoldoende werktuig in aanbouw, --- is dat vooruitgang?

Dat de molenbemaling ondanks alle verbeteringen niet helemaal meer voldeed, bleek toen er vanaf 1867 door diverse boeren toestemming werd gevraagd voor het plaatsen van kleine weidemolens als onderbemaling van hun landerijen. Overigens worden er op de kaart van 1858 al 15 van deze molens weergegeven, in latere jaren lag het aantal rond de 30.

Lieve Maan! zeg, ziet gij heden
Mijn geliefde Beemster niet?
Sla Uw oog eens naar beneden
En vertel mij, wat gij ziet.
Kostelijke eigendommen,
Gansch bedolven door den vloed,
Daar er weer geen wind zal komen
En 't gestadig reeg'nen moet.

Lieve Maan! ziet gij die molens?
Vijftig beste ongeveer!
Allen werk'loos... molens volens.
Wachtend steeds op ander weer;
Heeft daar elk ook erg het land àn,
Roept men: "Maakt dat water vort!"
't Antwoord is: "wij willen, -- landman,
Maar... wij komen wind te kort".

Lieve Maan! ziet gij dat lichtje
Aan dien hoogen molenroed?
't Is een seinlicht, als berichtje,
Dat, wie kan, ook malen moet.
Maar wie zal zijn schuld betalen,
Als hij heeft gebrek aan splint?
Welke molen kan er malen,
Als hij vruchtloos wacht op -- wind!

Leer bestuurderen te zeggen:
"'t Is zo, -- 't kan zo langer niet",
Leer hun: ernstig overleggen
Wat belang en plicht gebiedt;
Naar een voorbeeld om ons henen,
Stellen 't water perk en toom",
Roept men: "Wie zal hulp verlenen?"
"Ik"! Is 't antwoord van de stoom.

Van een onbekende dichter, ca. 1870.


Verder naar Afbraak
Impressum
plaatje Klik hier voor de Indexpagina

© 2005-2014 Michiel Hooijberg